Een schetsstijl toekennen aan een zichtvenster
Door een schetstijl toe te kennen aan een presentatielaag, zullen de objecten op de presentatielaag geschetst worden. Dit geldt echter niet voor de zichtvensters die tot die presentatielaag behoren. Elk zichtvenster op een presentatielaag kan een eigen schetsstijl krijgen. Op die manier kunt u makkelijk uw ontwerpen in verschillende schetsstijlen presenteren.
Een schetstijl kan niet rechtstreeks worden toegekend aan een ontwerplaagzichtvenster, maar kan wel worden toegekend aan de ontwerplaag waarop dat zichtvenster is geplaatst.
Om een schetsstijl toe te kennen aan een presentatielaagzichtvenster:
Selecteer het zichtvenster.
Selecteer de optie ‘Schetsstijl’ in de keuzelijst Rendering vlakken of Rendering ribben op het Infopalet. Klik op de knop Instellingen om de standaard schetsstijl voor het zichtvenster te selecteren.
Om bij het creëren van een nieuw zichtvenster de standaard schetsstijl in te stellen, selecteer u de optie ‘Schetsstijl’ als Rendering in het dialoogvenster ‘Zichtvenster’. Klik dan op de knop Instellingen om de standaard schetsstijl voor het zichtvenster te kiezen.
Het dialoogvenster ‘Schetsstijl’ wordt geopend. Kies de schetsstijl voor het zichtvenster.
Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.
Veld |
Omschrijving |
Standaard schetsstijl |
Selecteer de schetsstijl die u wilt toepassen op het zichtvenster. |
Bewerk |
Klik op deze knop om de geselecteerde schetsstijl te bewerken. |
Voorvertoning |
Klik op deze knop om het zichtvenster te bekijken met de geselecteerde schetsstijl (deze optie is grijs gemaakt wanneer u de schetsstijl instelt voor een nieuw zichtvenster). |
De geselecteerde schetsstijl overschrijft de standaard schetsstijl van het document en wordt toegepast op alle objecten binnen het zichtvenster, inclusief de bijsnijdbegrenzing, geabonneerde ontwerplagen en eventuele aantekeningen.